ga naar de hoofdinhoud

Overgang van Meer-Minder werk naar Wet flexibel werken

De leden van de Vereniging werken voor waterschappen (Vwvw) en de leden van de vakbonden CNV en FNV hebben de Cao Werken voor waterschappen afgesloten. Ten opzichte van het onderhandelaarsakkoord is de tekst op een punt gecorrigeerd. De nieuwe tekst is in lijn met de Wet flexibel werken en een juiste weergave van de bedoeling van cao-partijen. Hieronder volgt een toelichting.

In de SAW (Sectorale Arbeidsvoorwaardenregelingen Waterschapspersoneel) zoals die geldt tot en met 31 december 2019 staan afspraken over meer en minder werk. Deze afspraken zijn op meerdere delen strijdig met de Wet flexibel werken en het Burgerlijk Wetboek en kunnen daarom niet gehandhaafd blijven. Dit geldt niet alleen voor de afspraken met betrekking tot minder werken, maar ook voor de afspraken met betrekking tot meer werken.

De werkgeversvereniging en de vakbonden hebben daarom bij het omzetten van de SAW naar de cao per 1 januari 2020 nieuwe afspraken gemaakt. De bedoeling was daarbij dat de afspraken zoveel mogelijk één op één zouden worden overgezet. Gezien de strijdigheid met de wet was dit dus niet overal mogelijk. De omzetting zoals die in eerste instantie is gedaan, blijkt niet een juiste weergave van de bedoeling van cao-partijen te zijn. Cao-partijen hebben daarom de cao tekst gewijzigd zodat deze in overeenstemming met de bedoeling is.

Kader

Cao-partijen willen als eerste benadrukken dat de voltijdsomvang van 36 uur in de cao de norm is en dat in het kader van duurzame inzetbaarheid het op grote schaal toestaan van uitbreiding van de arbeidsduur naar 40 uur ongewenst is. Cao-partijen vinden 40 uur bovendien de maximale grens. Cao-partijen verzoeken werkgever en werknemer daarom ook dringend om goed bij dit aspect stil te staan in het gesprek over de wijziging van de arbeidsduur. Speciaal aandacht wordt gevraagd voor de werknemers waarbij de fysieke belasting al hoog is of die ontzie-uren genieten. In het kader van de cao-agenda voor 2020 kijken cao-partijen bij het thema Loopbaanbestendig hier verder naar.

Uitzonderingen

Voor de uitbreiding van de arbeidsduur is door cao-partijen een aantal medewerkers uitgezonderd. Dit zijn medewerkers die in de SAW ook al niet gebruik mochten maken van de meerwerkafspraken. Nieuw hierbij zijn de medewerkers die langdurig ziek zijn. De medewerkers die uitgezonderd zijn:

  • werknemers die gebruik maken van de mogelijkheid tot korting van de arbeidsduur op medische indicatie;
  • werknemers die gebruik maken van een regeling voor langdurig verlof of een aanvraag daarvoor hebben ingediend;
  • werknemers die met (deeltijd) ABP Keuzepensioen zijn;
  • werknemers die langdurig ziek zijn;
  • werknemers die een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangen op grond van de WAO of WIA.

Gevolgen

Toepassing van de Wet flexibel werken betekent bij uitbreiding van de arbeidsduur dat de werknemer recht heeft op meer salaris, IKB en verlof, dit naar rato van zijn arbeidsduur. Bij de meerwerk afspraken ontving de werknemer een vergoeding voor het salaris en de hogere pensioenopbouw en veranderden de andere arbeidsvoorwaarden niet mee; een dergelijke afspraak is strijdig met het Burgerlijk Wetboek. Toepassing van de Wet is dus per uur extra arbeidsduur duurder dan toepassing van de meerwerkafspraken.

In de SAW is een combinatie van meerwerk en minderwerk niet mogelijk. Werkgever en werknemer voeren het gesprek over de uitbreiding van de arbeidsduur en spreken dan ook over de eventuele gevolgen voor de werktijden en de opname van verlof.

Uitbreiding is tijdelijk

Cao-partijen willen verder het tijdelijke karakter van de uitbreiding benadrukken, van zowel de meerwerk afspraken, zoals die in de SAW stonden, als van tijdelijke uitbreidingen van de arbeidsduur voor een vaste periode op grond van de Wet flexibel werken. De werknemer moet zich goed bewust zijn van dit tijdelijke karakter. De uitbreiding kan bijvoorbeeld ook voor de duur van een project of voor de duur van een medezeggenschapsperiode afgesproken worden. Hier zit het risico aan vast, dat de tijdelijke uitbreiding kan stoppen en dan een wijziging (daling) in inkomen betekent.